Gewoontedieren

Is het mogelijk om een-en-zeventig minuten te kijken naar het leven op een boerderij in Tsjechië? Dit was de vraag die ik mezelf stelde toen ik de omschrijving las over A few mornings, an evening, van Astrid van Nimwegen. Haar afstudeerfilm van de Nederlandse Filmacademie.

Boerderijrituelen
Het is herfst. De film begint met een slapende hond onder de tafel, een tikkende klok en geluid van buiten. De hond staat op en loopt het beeld uit. Een paar seconden later is hij weer terug op zijn plek onder de tafel en wacht slapend op dat wat er gaat komen.
Het geluid van een deur die opengaat is voor hem het teken dat het buitenleven begint en rent naar buiten.
Het dagelijks leven van een boerin en haar boerderijdieren wordt als een terugkerend ritueel gefilmd. Elke ochtend rennen kippen en een haan eensgezind op het voer af. Geiten in de schuur hebben hun blik gericht op het dichte hekje. Ze weten wat hen te wachten staat: na het melken gaan ze naar buiten en krijgen ze te eten.
Enkele schapen lopen net als de kippen los over het erf. Alle dieren zijn aan elkaar gewend. Een witte kip nestelt zich op de dikke vacht van een zwart schaap, die zich omdraait en rustig wegloopt. De kip blijft zitten en valt er af als het schaap haar pas versnelt.

Gepaste afstand
In de film zijn het vooral de dieren die aan het woord zijn. Zij hebben de hoofdrol. Ook de ganzen die je in verte hoort. Zij komen bij de slacht in beeld, als ze geplukt worden en als donzen veertjes naar beneden vallen.
Tijdens het melken praat de boerin met de geiten. Het lijkt alsof ze elkaar verstaan. Alleen de bok die er tijdelijk is, spreekt een andere taal. Hij is ongevoelig voor haar fluisterende woorden en neemt de boerin op zijn horens. De hond is verstandiger en blijft op gepaste afstand. Hij doet geen moeite een band met de tijdelijke gast op te bouwen.
Als de avond valt ligt hij weer op zijn vertrouwde plek, onder de tafel te slapen.